Meteen naar de inhoud

Een duurzaam Drechterland

Progressief Drechterland wil:
• een energieneutraal Drechterland in uiterlijk 2040
• duurzame energieprojecten waarin inwoners kunnen participeren, en die de biodiversiteit verbeteren
• duurzame nieuwbouwwijken: energieneutraal, klimaatadaptief, en voorbereid op elektrische mobiliteit
• informatieverstrekking aan huiseigenaren over de mogelijkheden voor verduurzaming
• energiearmoede voorkomen
• energie-coaches, die inwoners die dat willen advies geven hoe zij in hun woning de energierekening omlaag kunnen brengen
• een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid

Introductie:

Als progressieve partij gaat Progressief Drechterland ook de komende jaren wederom stevig aan de slag met het duurzamer maken van onze gemeente. Het kan en moet nog zoveel beter. Toch is er de afgelopen vier jaar al veel ten goede veranderd. Het draagvlak voor duurzaamheidsmaatregelen is veel groter dan vier jaar geleden. Tegelijkertijd is de urgentie alleen maar toegenomen: de gevolgen van de klimaatverandering worden steeds zichtbaarder en
voelbaarder. Als gemeente zitten we niet aan alle knoppen en zijn we afhankelijk van hogere overheden zoals de provincie, het Rijk en Europa. Tegelijkertijd is het takenpakket van de gemeente op met name klimaatgebied enorm uitgebreid. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de rol van de gemeente bij het formuleren van de Regionale Energiestrategie en bij de Warmtetransitie. Nog steeds moeten we het vooral hebben van onze burgers en bedrijven die duurzame stappen
zetten. Maar we moeten hen nog veel meer dan de afgelopen jaren stimuleren en faciliteren om die stappen te zetten.

Energieneutraal in uiterlijk 2040
In Westfriesland hebben de zeven gemeenten afgesproken om in 2040 energieneutraal te zijn. Dat betekent dat we binnen Westfriesland dan in ieder geval in onze eigen energiebehoefte moeten voorzien, zowel qua elektriciteit, warmte als mobiliteit. Dat is een enorm karwei. Het regelen van de productiecapaciteit voor die transitie, met name in de vorm van zonnepanelen en windmolens, is een enorme uitdaging. Drechterland is een minder dicht bewoond gedeelte van Westfriesland, dus wij accepteren dat we meer dan ons deel aan die doelstelling zullen moeten bijdragen. Daarbij geldt dan wel dat onze inwoners zo min mogelijk ‘last’ van die duurzame energieproductie moeten hebben en er zoveel mogelijk profijt van zullen moeten kunnen hebben. We zien op dit moment eigenlijk geen mogelijkheden om binnen Drechterland grote windmolens te plaatsen. Wij willen ons in ieder geval niet op voorhand vastleggen op een vaste minimale afstand van woningen tot molens. Het lijkt nu gebruikelijk om voor molens een afstand van 600 meter tot woningen te hanteren. Voor de echte grote molens die de komende jaren ontwikkeld worden, moet die afstand zelfs nog groter zijn, terwijl het voor kleine molens juist weer veel te veel is. We zien wel mogelijkheden voor wat vaak een boerderijmolen wordt genoemd. Dit zijn kleine molens met een ashoogte van maximaal 15 meter. Deze staan veelal op boerenerven. We realiseren ons dat ze maar zeer beperkt bijdragen aan de elektriciteitsproductie, maar tegelijkertijd spelen ze wel een rol bij het verminderen van de druk op het elektriciteitsnet. Productie en het gebruik van elektriciteit vinden
immers dicht bij elkaar plaats. We zien wel veel kansen voor zonne-energie. Natuurlijk moeten we optimaal gebruik maken van alle daken, zowel van bedrijven als van woningen. Idealiter komen op al die daken zonnepanelen te liggen. Maar zelfs als dat helemaal gerealiseerd zou zijn, is dat nog onvoldoende om onze energiebehoefte te dekken. Daarom denken wij dat er ook zonneweides nodig zullen zijn. Maar wat ons betreft horen daar hele duidelijke randvoorwaarden bij. Bijvoorbeeld: als er zonneweides komen, moeten die zo goed mogelijk ingepast worden in het landschap, en moeten omwonenden ook financieel kunnen deelnemen in een dergelijk project. Verder: een dergelijk project moet ook bijdragen aan het verhogen van de biodiversiteit. Vaak kan een dergelijke zonneweide biodiverser zijn dan de agrarische grond die er eerst lag.

Duurzame nieuwbouwwijken
De afgelopen jaren is het eenvoudiger en goedkoper geworden om energieneutraal te bouwen. Dat nieuwbouw energieneutraal dient te zijn, is voor ons vanzelfsprekend. Wij gaan natuurlijk voor aardgasloze nieuwbouwwijkenwijken en uitstekend geïsoleerde woningen die hun eigen energie opwekken. Maar in een duurzame wijk in de 21e eeuw kijken we natuurlijk ook naar andere zaken. Zo’n wijk is klimaatadaptief: voorbereid op de komende klimaatverandering. Zo staan er voldoende bomen om hittestress te voorkomen, en wordt wateroverlast door extreme regenbuien voorkomen door voldoende mogelijkheden voor waterberging te creëren. Verder moet de infrastructuur voor elektrische laadpalen meteen worden aangelegd.

Duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid
Als gemeente geven we het goede voorbeeld. Dat betekent dat al onze gebouwen worden verduurzaamd, en dat we een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid hebben. Zo worden bijvoorbeeld alle bedrijfswagen elektrisch, gebruiken we alleen ‘groene’ elektriciteit en verduurzamen we de materialen die we in de openbare ruimte gebruiken.

Warmtetransitie
De uitdaging bij het verduurzamen van woningen zit de komende jaren niet zozeer in de nieuwbouw, maar veel meer in de verduurzaming van de bestaande woningvoorraad. Overal in Nederland wordt daarom gewerkt aan de zogenaamde warmtetransitie: een proces waarin alle woningen de komende decennia ‘van het aardgas af gaan’. In Drechterland is in 2021 door de gemeenteraad de warmtetransitievisie vastgesteld. Daarin staat dat we binnen Drechterland in eerste instantie in Hoogkarspel gaan kijken naar de mogelijkheden van een warmtenet. Dit zou kunnen betekenen dat Hoogkarspel op termijn verwarmd zou kunnen gaan worden met het warme water dat onder Drechterland in grote hoeveelheden in de bodem aanwezig is.
Voor een groot deel van Drechterland, eigenlijk alles buiten Hoogkarspel en Venhuizen, is het erg onwaarschijnlijk dat daar een warmtenet rendabel aangelegd zal kunnen worden. Daar zal de gemeente de komende jaren dus bewoners, en vooral individuele huiseigenaren, moeten helpen in het maken van duurzame keuzes voor hun woningen. Wij willen dit doen door goede voorlichting over technieken en subsidies, met informatieavonden en huisbezoeken én met steun voor eventuele burgerinitiatieven. Daarbij willen we dat de gemeente de eerste jaren in het buitengebied met name inzet op isolatie: het grootste milieueffect voor de laagste kostprijs.

Energiearmoede
Als progressieve partij kunnen we onze ogen niet sluiten voor een eventueel bijeffect van de energietransitie: energiearmoede. Dat is de situatie waarbij gezinnen steeds meer moeten gaan betalen voor hun energie, maar niet over de (financiële) middelen beschikken om bijvoorbeeld hun energiegebruik terug te dringen. Hoe gaan we zorgen dat er geen nieuwe categorie van arme inwoners gaat ontstaan, hoe voorkomen we dat we mensen uit gaan sluiten? Wij willen daarvoor inzetten op het opleiden van vrijwilligers tot energie-coaches, die inwoners die dat willen advies geven hoe zij in hun woning de energierekening omlaag kunnen brengen. Daarnaast moeten we blijven zoeken naar andere instrumenten om een tweedeling te voorkomen.